Praktijksituatie 1 Thom houdt van plantjes. Na schooltijd wroet hij het liefst met zijn blote handen in de aarde. Met zijn dunne vingertjes drukt hij de fragiele zaailingen uit het potje en plant ze netjes in een rijtje. Hij werkt rustig en geconcentreerd. Diezelfde Thom is op school druk en nerveus. Daarom heeft zijn juf hem met tafel en al naar de hoek verplaatst. 'Hij stoort de andere kinderen en zo kan hij zich beter concentreren,’ zegt zijn juf tijdens het 10-minuten gesprek. De maatregel werkt averechts. Thom roept nu door de klas om contact te krijgen met zijn klasgenoten want die zitten nu nog verder weg. Het beloningssysteem met stickers werkt ook niet. Evenmin als extra huiswerk en binnen blijven in de pauze. 'Het probleem van Thom is dat hij zich niet kan concentreren,’ denkt de juf. Heeft Thom echt een probleem met concentreren? Of heeft vooral de juf er een probleem mee? Ze is ontzettend gedreven en heeft echt het beste met Thom voor. Maar ze heeft last van hem omdat hij de les verstoort. Hij kost haar veel energie. Het frustreert haar dat ze Thom niet in het gareel krijgt. En zijn prestaties halen het klassengemiddelde naar beneden. Als ze maar even in Thom zijn hoofd kon kijken. Dan zou ze misschien ontdekken dat hij een heel ander probleem heeft. Thom vindt school vaak saai. Alleen tekenen, handvaardigheid, gym en praten met zijn klasgenoten vindt hij leuk. Hij heeft moeite met de manier waarop de juf lesgeeft. Hij moet het grootste deel van de dag moet stilzitten en luisteren. Dat lukt hem gewoon niet. Hoe goed hij ook zijn best doet. Zijn hoofd stroomt over. De woorden en cijfers duizelen hem voor zijn ogen. En hij voelt de irritatie van zijn juf. Dat maakt hem nog onrustiger. Als zijn juf op huisbezoek zou gaan, zou ze zien dat Thom zich wel degelijk kan concentreren. Bijvoorbeeld als hij in de tuin werkt. En hopelijk zou dan bij haar het kwartje vallen.
Dat Thom denkt met zijn handen! En het beste leert door te doen. En dat niet concentratie het probleem is, maar de manier van lesgeven. Praktijksitiuatie 2 Youssef en Thom lijken als twee druppels water op elkaar. Youssef kan ook niet stilzitten en kan zich moeilijk concentreren tijdens rekenen en taal. En ook Youssef werkt zijn meester ook op zijn zenuwen. Maar tijdens de sociale vaardigheidsles ontdekt de meester tot zijn grote verbazing dat Youssef zich wel degelijk kan concentreren. In deze les, waarin Yousssef veel mag bewegen, samenwerken en af en toe de leider mag zijn, vertoont hij heel ander gedrag. Minder nerveus. En meer gefocust. En nog belangrijker: hij heeft plezier in het leren. Waarom lukt het Youssef wel om zich te concentreren tijdens deze les en niet in de klas? Omdat ook Youssef beter leert door te doen. Net als Thom en nog 60% van de leerlingen. Daarom zorgt zijn meester ervoor dat hij de lessen op verschillende manieren aanbiedt en zorgt voor een goede balans in denken en doen. Sinds deze aanpassing in de manier van lesgeven is de band tussen Youssef en zijn meester flink verbeterd. Ook de sfeer in de groep is veranderd en wat losser geworden. Niet een gebrek aan concentratie was het probleem. Maar de manier van lesgeven. Michel Linthorst
Jette rathje
29/11/2015 11:12:06 am
Dit hier lijkt sprekend op twee kinderen ik ken, zou zo fijn zijn als er bij die twee op school ook zo een aanpak zou zijn. Bedankt voor een goede artikel.
Michel
29/11/2015 11:16:00 am
Het is jammer dat het probleem vaak bij de kinderen gelegd wordt. Met een andere aanpak zouden deze kinderen veel minder problemen hebben. De school is van harte welkom om contact met me op te nemen. Dank je weer voor je berichtje, Jette. Comments are closed.
|
Werkboek:
|